1. Veilig omgaan met verdovende middelen


1.1 Algemeen

Uw dienst moet procedures hebben vastgelegd om veilig om te gaan met (legale en illegale) verdovende middelen. Deze richtsnoeren dienen bijgevolg als overzicht van de voorzorgen die u moet nemen, en vervangen in geen geval uw eigen risicobeoordelingen en richtlijnen voor veilige praktijken op het werk. Zie ook het hoofdstuk Bemonstering van gevaarlijke, illegale en onbekende goederen.


Hoe moet u omgaan met verdovende middelen?

U mag in geen geval stoffen, met inbegrip van vloeistoffen, waarvan bekend is of vermoed wordt dat het verdovende middelen zijn, opsnuiven of proeven. Probeer de omgang met vermoedelijke verdovende middelen zoveel mogelijk te beperken om het risico van aantasting te vermijden.

De toxiciteit van sommige verdovende middelen kan een aanzienlijke risico vormen voor wie ermee omgaat. Er kan sprake zijn van beroepsmatige blootstelling wanneer de controlemaatregelen ontoereikend zijn. Blootstelling kan zich voordoen door:
Er mag zich geen voedsel of drank bevinden in de buurt van de goederen of de bemonsteringsplaats.
Eet of drink niets totdat u de bemonstering hebt voltooid, alle persoonlijke beschermingsmiddelen hebt verwijderd en uw handen hebt gewassen.


1.3 Bestaat er een veilig blootstellingsniveau?

NEE. De minste blootstelling aan een verdovend middel kan enorme lichamelijke en geestelijke gevolgen hebben voor u. Vermijd contact met stoffen waarvan bekend is of vermoed wordt dat het verdovende middelen zijn. Stoffen kunnen schadelijk zijn als ze worden ingeslikt, opgenomen, ingeademd en verteerd. Denk eraan: gesmokkelde of illegale verdovende middelen kunnen veel zuiverder (geconcentreerder) zijn dan wanneer ze uiteindelijk worden verkocht op straat.


1.4 Welke voorzorgsmaatregelen moet ik treffen?

Draag goed passende persoonlijke beschermingsmiddelen, bijvoorbeeld nitrilhandschoenen, wegwerpoveralls enz. Maak gebruik van ademhalingsbescherming bij bepaalde uiterst gevaarlijke stoffen, zoals fentanyl. Persoonlijke beschermingsmiddelen moeten na gebruik met de nodige zorg worden uitgetrokken en correct verwijderd.


1.5 Wat moet ik doen als ik per ongeluk aan een verdovend middel ben blootgesteld?



1.6 Vervoer van verdovende middelen

Het vervoer van verdovende middelen (met name grote in beslag genomen partijen) van één plaats naar een andere, bv. naar een douanemagazijn of een rechtbank, brengt gevaren met zich mee. Risico’s zoals onderschepping en overval moeten worden voorkomen of tot een minimum worden herleid. Het mag niet merkbaar zijn dat er verdovende middelen worden vervoerd en het personeel dat instaat voor het vervoer, moet uiterst waakzaam zijn.

Colli moeten dubbel worden verpakt en afgesloten. Ze moeten worden vervoerd in een veilig voertuig (of in de kofferbak als een auto wordt gebruikt).

Aanzienlijke hoeveelheden moeten worden vervoerd in een ambtsvoertuig of een pantservoertuig, naargelang uw nationale procedures.


1.7 Opslag van verdovende middelen

In beslag genomen en geconfisqueerde verdovende middelen moeten in speciaal beveiligde officiële opslagplaatsen worden bewaard.

Waarschuwing: Er bestaat een risico van zelfontbranding als cannabis in grote hoeveelheden wordt opgeslagen, zeker in vochtige omstandigheden. Grote pakken moeten worden verdeeld in kleinere partijen van maximaal 15 kg om dit risico te minimaliseren.


1.8 Risico van diefstal

Er bestaat een risico dat criminele organisaties in beslag genomen verdovende middelen proberen te stelen (of terug te krijgen) wegens de hoge waarde ervan. Er moeten geschikte risicobeoordelingen en richtlijnen voor veilige praktijken op het werk worden opgesteld. De voornaamste zorg moet de veiligheid van het douanepersoneel zijn.


1.9 Vernietiging van in beslag genomen verdovende middelen

Volg de procedures van uw nationale overheidsdienst om in beslag genomen verdovende middelen die niet langer nodig zijn als bewijsmateriaal, op passende wijze te vernietigen. Dergelijke procedures moeten het volgende waarborgen:



2. Chemische precursoren

Het kan voorkomen dat chemische precursoren als legale goederen worden aangegeven en met het juiste veiligheidsinformatieblad en andere veiligheidsinformatie en -etikettering worden verzonden. De kans is echter groter dat de aangifte niet correct is en dat de informatie, ondanks de bijgevoegde documenten en aangebrachte etiketten, misleidend of volledig fout is. Raadpleeg voor meer informatie het hoofdstuk Gevaarlijke stoffen en het hoofdstuk Bemonstering van gevaarlijke, illegale en onbekende goederen.



3. Voorzorgen voor tests van verdovende middelen aan de hand van een veldproefset


3.1 Algemeen

In sommige diensten beschikken ambtenaren over gespecialiseerde proefsets om vermoedelijke verdovende middelen ter plaatse te testen. De proefset bevat doorgaans reagentia om de meest voorkomende verdovende middelen te testen. Het verkregen bewijsmateriaal is echter louter indicatief en doorgaans zijn volledige laboratoriumproeven nodig om bewijsmateriaal voor een rechtszaak te verkrijgen.

Probeer een veldproefset voor verdovende middelen niet te gebruiken als u hiervoor geen specifieke opleiding hebt genoten. Naast de risico’s die vermoedelijke verdovende middelen met zich meebrengen, kan de inhoud van de proefset gevaarlijk zijn als er niet juist mee wordt omgegaan.


3.2 Omgaan met monsters


3.3 Bereiding van monsters


3.4 Monsteromvang

Er bestaat een risico van ontploffing: onbekende stoffen kunnen ontploffen wanneer ze reageren met een reagens. Wees uiterst voorzichtig met alle stoffen. Gebruik uiterst kleine monsters voor uw tests en draag een veiligheidsbril.


3.5 Reagensampullen


3.6 Hygiëne


3.7 Eerste hulp


3.8 Controle door een contractant of andere instantie

Als iemand anders de stof in uw aanwezigheid controleert, zorg er dan voor dat alle nodige veiligheidsmaatregelen zijn getroffen.



Gelieve de wetgeving en de richtlijnen van uw nationale overheidsdiensten te raadplegen voor meer informatie.
De richtlijnen in deze afdeling zijn bedoeld als algemene herinnering aan de risico’s die zich soms voordoen tijdens de onderzoeks- en bemonsteringsprocedure en aan de veiligheidsapparatuur die u moet gebruiken en de voorzorgsmaatregelen die u moet treffen.


Herzieningen
VersieDatumWijzigingen
1.012.10.2012Eerste versie
1.130.6.2021Update - volledige herziening van de tekst