Glossarium:Economische en monetaire unie (EMU)
Economische en monetaire unie, afgekort als EMU, verwijst naar de economische en monetaire integratie van de 27 lidstaten van de Europese Unie (EU). Ze omvat drie stadia:
- de coördinatie van het economisch beleid;
- het bereiken van economische convergentiee (het grotendeels doen samenvallen van de economische cycli);
- de invoering van de euro, de eenheidsmunt van de EU.
Alle lidstaten worden verondersteld om deel te nemen aan EMU en alle, met uitzondering van Denemarken en het Verenigd Koninkrijk, hebben zich in een verdrag ertoe verbonden om zich aan te sluiten bij EMU. Zeventien EU-lidstaten hebben het derde stadium bereikt en hebben de euro als hun munteenheid aangenomen, samen vormen ze de eurozone. Denemarken, Letland en Litouwen maken op dit moment deel uit van het wisselkoersmechanisme (WKM). Van de lidstaten van vóór 2004, hebben Zweden zich niet bij WKM II aangesloten; en Denemarken blijft in WKM zonder naar het derde stadium over te gaan. De 5 overige lidstaten die de EU in 2004 of 2007 vervoegden, moeten nog voldoende convergentie bereiken om te kunnen deelnemen. Tien EU-lidstaten blijven dus hun eigen munteenheid gebruiken.
De criteria van Kopenhagen, de huidige voorwaarden voor landen die zich bij de EU willen aansluiten, gaan ook over de vereisten waaraan een land moet voldoen om de economische en monetaire unie te vervoegen, met de termijn waarbinnen dat moet gebeuren.
Verwante begrippen
- Convergence criteria (in het Engels)
- Europese Unie (EU)
- Eurozone
- Exchange rate mechanism (ERM) (in het Engels)