Het CPME verheugt zich over de Werelddag van de geestelijke gezondheid, ieder jaar eengoede gelegenheid om van geestelijke gezondheid overal ter wereld een prioriteit te maken. Dit jaar gaat het daarbij vooral om de eerstelijnszorg.
Tegenwoordig gaat men ervan uit dat ongeveer 11% van de bevolking een psychische aandoening heeft. Tegen 2020 zal dit waarschijnlijk de belangrijkste reden van arbeidsongeschiktheid zijn. In veel EU-landen is depressie nu al het meest voorkomende gezondheidsprobleem.
Geestelijke gezondheid is niet alleen essentieel voor de algemene gezondheidstoestand en levenskwaliteit, maar ook voor de productiviteit en de arbeidsgeschiktheid en daarmee ook voor de duurzame ontwikkeling van Europa.
In dit verband is het belangrijk dat dit jaar een begin wordt gemaakt met de uitvoering van het Europees pact voor geestelijke gezondheid en geestelijk welzijn en de organisatie van een thematische conferenties met de steun van de Europese Commissie.
Artsen, en vooral huisartsen, spelen een belangrijke rol. Zij moeten een degelijke opleiding krijgen, klinische vaardigheden opdoen en kunnen rekenen op alerte diensten voor geestelijke gezondheidszorg. Door een geïntegreerde aanpak moet geestelijke gezondheidszorg bereikbaar worden voor alle EU-burgers, zonder daarbij de preventie uit het oog te verliezen. Geestelijke gezondheidszorg is een van de aspecten waaruit kan blijken dat het engagement van de EU voor solidariteit en sociale rechtvaardigheid geen holle frase is.