De Wereldgezondheidsdag, die ieder jaar op 7 april wordt gevierd, is een goede gelegenheid voor iedereen om even stil te staan bij onze gezondheid. Ik zou willen dat iedereen in Europa, waar hij ook woont, gezond kan leven en toegang heeft tot prima gezondheidszorg. De realiteit ziet er jammer genoeg anders uit.
Als we landen, of zelfs gebieden binnen landen met elkaar vergelijken, zijn er opvallende verschillen. In veel van de nieuwe EU-landen in het Oosten leven de mensen heel wat minder lang dan in het Westen. De levensverwachting voor vrouwen kan er tot 8 jaar minder bedragen. Voor mannen is dat wel 14 jaar! Het verschil in gezonde levensjaren is zelfs nog groter: voor vrouwen kan het oplopen tot 18 jaar. Daarom wil de Europese Commissie eind 2009 voorstellen doen om deze ongelijkheden in de EU weg te werken.
Momenteel wordt de gezondheid van de Europeanen ook nog bedreigd door de economische crisis. In deze tijden is de bescherming van de volksgezondheid van nog groter belang. Gezondheid is natuurlijk waardevol op zichzelf. Maar ze is ook een economische factor. Een gezonde bevolking bestaat uit productieve mensen die kunnen blijven werken en produceren, ook als ze wat ouder worden.
De crisis treft kwetsbare groepen, zoals jongeren, migranten en gepensioneerden, bijzonder hard. We moeten speciale maatregelen nemen om hun gezondheid te beschermen. En we moeten ervoor zorgen dat iedereen de nodige informatie en zorg heeft om gezond en zonder ziekten te leven.
De Europese Commissie heeft hierbij een belangrijke rol. Zij moet de lidstaten helpen te investeren in gezondheid en de beschikbare middelen verstandig te gebruiken. Het is zeker geen goed moment om gezondheidsbudgetten in te krimpen of kosten door te sluizen naar patiënten die al af te rekenen hebben met inkomensverlies. We mogen nooit vergeten dat gezondheid onze grootste rijkdom is.