Deze pagina is vervallen. De pagina wordt bijgewerkt en verplaatst naar het Europees e-justitieportaal.
Naar Italiaans recht is insolventie een feitelijke toestand die kan leiden tot de faillietverklaring of tot de inleiding van andere procedures, teneinde de goederen aan de beschikkingsmacht van de schuldenaar te onttrekken en te gelde te maken om de schuldeisers met de opbrengst te voldoen.
Het Italiaanse rechtsbestel kent twee soorten preventieve procedures. De ene preventieve procedure bestaat in een buitengerechtelijke overeenkomst tussen de handelaar-schuldenaar en zijn schuldeisers krachtens welke de schuldenaar zijn zakelijke activiteiten kan voortzetten, waarbij hij eventueel een deel van de goederen van de onderneming aan de schuldeisers afstaat en/of van de schuldeisers uitstel van betaling krijgt of verkrijgt dat de schuldeisers geheel of gedeeltelijk afstand doen van hun schuldvorderingen en/of de rente.
De andere preventieve procedure is geregeld in de faillissementswet en is het preventief akkoord (concordato preventivo). Dit wordt door de schuldenaar aan de schuldeisers voorgesteld op basis van een door hem opgesteld saneringsplan of plan tot herstructurering van de schulden. Het voorstel wordt vervolgens bezien door de rechtbank van de plaats waar de hoofdzetel van de onderneming gevestigd is. Zij kan de procedure bij decreet goedkeuren of het verzoek onontvankelijk verklaren. In dat laatste geval spreekt zij het faillissement van de handelaar ambtshalve uit. Indien het akkoord wordt aanvaard, behoudt de schuldenaar gedurende de procedure van het akkoord het beheer over zijn eigen goederen en wordt de onderneming voortgezet onder toezicht van een rechter-commissaris.
De formele procedures die uit insolventie voortvloeien zijn het faillissement, het preventief akkoord of de gedwongen vereffening. Deze laatste procedure geldt voor bepaalde ondernemingen die ingevolge de wet niet failliet kunnen worden verklaard vanwege hun openbaar belang (bijvoorbeeld banken en grote verzekeringsmaatschappijen).
De enige substantiële voorwaarde die voor alle procedures geldt is het bestaan van de toestand van insolventie.
Wat de openbaarheidsvereisten betreft: de faillietverklaring wordt aan alle belanghebbenden medegedeeld en wordt openbaar gemaakt door inschrijving in het handelsregister waar de zetel van de ondernemer gevestigd is. Alle belanghebbenden hebben toegang tot dit register, onder meer langs elektronische weg.
De gerechtelijke beslissing tot goedkeuring van de procedure van het preventief akkoord wordt bekendgemaakt met een publicatie ad valvas bij het gerecht, door inschrijving in het handelsregister en, indien de schuldenaar onroerende goederen bezit of goederen waarvoor een verplichting tot openbare registratie geldt, door inschrijving in de desbetreffende openbare registers. Bovendien kan de rechtbank besluiten tot publicatie van de beslissing in een of meer door haar aangewezen dagbladen.
Met dezelfde beslissing kan de rechtbank eventuele andere vormen van openbaarmaking opleggen.
Volgende instanties zijn bij een faillissement betrokken: de rechtbank, de rechter-commissaris (giudice delegato), de curator en het „crediteurencomité”.
De rechtbank doet bij vonnis uitspraak over het verzoek om faillietverklaring of gedwongen vereffening, en bij decreet over het verzoek om goedkeuring van het preventief akkoord. De rechtbank is ook een van de faillissementsinstanties: zij treedt op in de procedure van gedwongen vereffening en zij homologeert het preventief akkoord, in uitoefening van de bevoegdheden die haar bij wet zijn toegekend.
De rechter-commissaris vervult taken van toezicht en controle op de regelmatigheid van de procedure.
De curator beheert de materiële verrichtingen van de procedure en zorgt voor de vereffening van de boedel.
Het crediteurencomité ziet toe op de verrichtingen van de curator en verleent hem machtiging. Tevens geeft het advies in de gevallen waarin de wet voorziet of ook op verzoek van de rechtbank of de rechter-commissaris.
De schuldenaar mag na de faillietverklaring niet langer betalingen aan afzonderlijke schuldeisers verrichten en dient later verworven goederen en renten aan de curator over te maken. Bovendien dient hij de curator elke verandering van zijn woon- of verblijfplaats mede te delen. Indien hij wordt opgeroepen, dient hij zich aan te bieden bij de rechter-commissaris, de curator of het crediteurencomité om alle voor de procedure noodzakelijke inlichtingen of verduidelijkingen te geven. Voorts dient hij de curator de correspondentie met betrekking tot de boedel van het faillissement over te maken. Wel mag de schuldenaar zijn eigen huis nog blijven bewonen met zijn gezin, doch hij mag dit goed geen ander gebruik geven.
Elke schuldeiser heeft het recht bij de rechtbank een faillissementsaanvraag in te dienen tegen een ondernemer (zijn schuldenaar) die zich in een toestand van insolventie bevindt. Bovendien genieten de „bevoorrechte” schuldeisers, d.w.z. degenen die beschikken over „wettelijke voorkeursrechten” (voorrecht, pand of hypotheek), bijzondere voordelen bij de betaling van hun schuldvordering, zoals in detail bij wet geregeld.
Wat verrekening in het faillissement betreft, zijn de schuldeisers gerechtigd de schuldvorderingen die zij ten aanzien van de boedel claimen te verrekenen met hun schulden, behalve indien zij deze onder levenden ná de faillietverklaring of in het daaraan voorafgaande jaar hebben verkregen.
Voor de vordering tot schadevergoeding bestaan geen bijzondere regels. Met de faillietverklaring wordt voor dergelijke schuldvorderingen de wettelijke rente opgeschort.
Bij verkoop met eigendomsvoorbehoud is het faillissement van de verkoper geen reden tot ontbinding van de overeenkomst.
Bij overeenkomsten die betrekking hebben op de huur van onroerende goederen, wordt het huurcontract niet ontbonden door het faillissement van de huurder, doch de curator treedt in zijn plaats. De curator kan evenwel te allen tijde de overeenkomst opzeggen, waarbij de huurder moet instaan voor een passende schadeloosstelling vanwege de vroegtijdige opzegging. Ingeval de partijen geen overeenstemming bereiken, wordt de schadevergoeding door de rechter-commissaris vastgesteld na de belanghebbenden te hebben gehoord.
Arbeidsbetrekkingen in loondienst worden beëindigd indien de gefailleerde onderneming haar activiteiten staakt. Indien evenwel het gehele bedrijf, of een deel daarvan, aan derden wordt verkocht is het mogelijk via een specifieke procedure slechts een deel van de werknemers van de failliete onderneming over te hevelen naar de onderneming van de nieuwe verkrijger of de bestaande dienstbetrekkingen te wijzigen.
De rechten van de schuldeisers zijn in detail geregeld in de faillissementswet. Vooral de schuldvorderingen die door een legitiem voorrecht worden gegarandeerd, genieten bijzondere bescherming. Zo worden schuldvorderingen die nadeel hebben ondervonden van beschikkingshandelingen van de schuldenaar, beschermd door de terugvordering (azione revocatoria).
De voornaamste plicht van de schuldeisers is zich vanaf de dag van het faillissement te onthouden van individuele, executoire of preventieve acties.
De rechten van de schuldeisers met een voorrecht op bepaalde roerende goederen kunnen in de loop van de faillissementsprocedure te gelde worden gemaakt op voorwaarde dat het voorrecht ten opzichte van de boedel is aanvaard.
De faillissementswet laat herstructureringsplannen toe in het kader van de procedure van het preventief akkoord. De schuldenaar voegt het herstructureringsplan bij zijn voorstel voor een preventief akkoord dat hij aan de rechtbank voorlegt. Het herstructureringsplan moet voorzien in een herstructurering van de schulden en voorstellen bevatten om de schulden enigszins te voldoen.
Ook kan de schuldenaar in een buitengerechtelijke procedure, vóór de procedure van homologatie van het preventief akkoord, met de schuldeisers een specifiek akkoord betreffende de herstructurering van de schulden bereiken.
In de hiertoe vastgestelde hoorzitting kan de schuldenaar een dergelijk akkoord voorleggen indien ermee wordt ingestemd door schuldeisers die ten minste 60% van de schuldvorderingen vertegenwoordigen. Het akkoord moet vergezeld gaan van een deskundigenverslag over de haalbaarheid ervan.
Het herstructureringsplan van de schuldenaar of het met de schuldeisers bereikte akkoord kan erin voorzien dat de betalingen en de executiemaatregelen tijdelijk worden opgeschort of dat de schuldvorderingen worden verminderd.
In een faillissementsprocedure is het de curator die de schuldvorderingen te gelde maakt, de goederen verkoopt en op basis van de verzoeken van de schuldeisers het passief vaststelt.
Indien de vereffening een actief oplevert, wordt het desbetreffende bedrag verdeeld onder de schuldeisers volgens de rangregeling. Indien het passief het actief te boven mocht gaan, behouden de schuldeisers hun recht op betaling van hetgeen waartoe zij gerechtigd zijn, ook na afsluiting van de procedure, tenzij de schuldenaar in de faillissementsprocedure volledige medewerking heeft verleend en bij decreet van de rechtbank het voorrecht van bevrijding van zijn resterende schulden verkrijgt. Deze schuldbevrijding (esdebitazione) is een nieuw mechanisme dat bij de recente hervorming van de faillissementswet is geïntroduceerd.
De voorwaarden voor het beëindigen van de vereffening in een faillissement zijn: hetzij de algehele aflossing van de schulden, hetzij de verdeling van het te gelde gemaakte actief onder de schuldeisers overeenkomstig de rangregeling of, indien er schuldeisers geen betaling hebben ontvangen, de zekerheid dat het voortzetten van de faillissementsprocedure er niet zal leiden dat de onbetaald gebleven schuldvorderingen alsnog worden voldaan.
Het faillissement van de gefailleerde heeft de volgende consequenties:
Aangaande de mogelijkheid dat de gefailleerde na beëindiging van het faillissement opnieuw een handelsactiviteit begint: na de recente hervorming van de faillissementswet zijn de beperkingen van de vroegere regelgeving uit de weg geruimd. Daarom kan een ondernemer na zijn faillissement opnieuw handelsactiviteiten ontplooien, op voorwaarde dat hij niet was veroordeeld voor een faillissementsmisdrijf en als bijkomende straf bij die veroordeling niet langer handelsactiviteiten mag verrichten of leidinggevende functies in een onderneming mag waarnemen.
Aangaande sancties jegens de gefailleerde of jegens derden: de faillissementswet somt ten aanzien van individuele ondernemers of bestuurders van handelsondernemingen die failliet verklaard zijn, een reeks misdrijven op (eenvoudig en frauduleus bankroet, oneigenlijk gebruik van krediet, het opvoeren van een niet-bestaande schuldeiser en het niet in acht nemen van andere verplichtingen) waarvoor een gevangenisstraf kan worden uitgesproken en als bijkomende straf een beroepsverbod (zie de alinea hierboven).
Verdere strafbare feiten zijn opgesomd ten aanzien van de curator of van derden.
« Faillissement - Algemene informatie | Italië - Algemene informatie »
Laatste aanpassing: 05-12-2008